/publicaties/knaw-kennisbenuttingsbeleid-2023-2028
In november 2023 is door het KNAW-bestuur het nieuwe KNAW kennisbenuttingsbeleid 2023-2028 vastgesteld voor de KNAW-instituten. In dit nieuwe beleid worden mede de risico’s van kennisbenutting benoemd. Daarnaast is er meer aandacht voor transparantie aangaande (subsidie)geldstromen. Tot slot faciliteert het nieuwe beleid eventueel toekomstige (maatwerk)samenwerking per KNAW-instituut met nationale thematisch KTO’s / universitaire KTO’s doordat helder is welke uitgangspunten de KNAW hanteert bij kennisbenutting en wat er van de KNAW-instituten en onderzoekers verwacht wordt.
Inhoudelijk past het voorgestelde beleid bij de KNAW als hoeder en duider van de Nederlandse wetenschap. Enerzijds omdat het beleid verschillende nationale afspraken (richtsnoeren/leidraden) op het gebied van kennisbenutting volgt. Anderzijds omdat binnen deze afspraken specifiek voor de KNAW keuzes worden gemaakt, bijvoorbeeld ten aanzien van aandeelhouderschap en kennisveiligheid.
Uitgangspunt bij het KNAW kennisbenuttingsbeleid 2023-2028 is dat het een levend document betreft dat van tijd tot tijd nog aangescherpt kan worden, bijvoorbeeld in geval de Sectorregeling nevenwerkzaamheden wijzigt of wanneer er relevante afspraken (zogenaamde deal terms) rondom academische start-ups worden opgesteld.
Het KNAW kennisbenuttingsbeleid 2023-2028 treedt in twee fases in werking. Vanaf 15 november 2023 geldt dat het beleid dat is vastgesteld rondom de impactroutes (hoofdstuk 5 van het kennisbenuttingsbeleid) direct inwerking zal treden en actief zal worden.
Het beleid ten aanzien van subsidiegevers/onderzoeksfinanciers (hoofdstuk 4 van het kennisbenuttingsbeleid) zal in werking treden na aanpassing van de KNAW-mandatenregeling, dit onderdeel van het beleid zal na verwachting in Q1-2024 actief worden.