/nieuws/maria-barnas-onderzoekt-de-rol-van-sporen-achterlaten-de-beeldende-kunst
Nieuwe manieren om kunstgeschiedenis te schrijven
Dichter Maria Barnas zal als artist-in-residence verbonden zijn aan het Netherlands Institute for Advanced Studies (NIAS) in Amsterdam. Tijdens haar verblijf doet ze onderzoek naar de biografie van kunstenaar Jo Baer (1929), een Amerikaanse kunstenaar die vanaf de jaren 80 van de vorige eeuw ook in Amsterdam gewoond en gewerkt heeft.
Barnas onderzoekt hoe orale geschiedenis kan worden ingezet bij het optekenen van kunstgeschiedenis. Kun je kunstgeschiedenis ook baseren op herinneringen, verhalen en misschien zelfs roddels?
Deze Artist-in-Residence positie wordt jaarlijks beschikbaar gesteld door het NIAS en de Akademie van Kunsten.
Het werk van kunstenaar Jo Baer
Centraal in het onderzoek staat het werk van de Amerikaanse kunstenaar Jo Baer (1929). Barnas licht dit toe: “Jo heeft haar hele leven schoonmakers gehad. Dit waren vooral jonge vrouwelijke kunstenaars. Soms mochten deze vrouwen haar helpen met het schilderen.”
“Ik wil proberen om al deze schoonmakers te traceren en met hen te praten over wat ze zich herinneren van hun ontmoetingen met Jo. Daarbij wil ik ook hun eigen werk bespreken en vragen stellen over wat het is om kunst te maken, wat het is om sporen achter te laten; maar ook over wat het is om schoon te maken, uit te wissen en zelf uitgewist te worden.”
Snijvlak kunst en wetenschap
Het onderzoek van Barnas bevindt zich op het snijvlak van kunst en wetenschap, een belangrijk aspect van de artist-in-residence fellowship.
Het Artist in Residence Fellowship bij het NIAS is een initiatief van de Akademie van Kunsten en het Netherlands Institute for Advanced Studies (NIAS) en wordt jaarlijks toegekend aan een project dat de synergie tussen kunst en wetenschap bevordert.